
- Lokaal ,
- Westfriesland
Een Nieuwsuur-item van Jelmer Jansma en Roemer Ockhuijsen
Het instituut deed onderzoek in de zeven provincies die de meeste behoefte hebben aan nieuwe woningen: Noord-Holland, Zuid-Holland, Utrecht, Flevoland, Gelderland, Overijssel en Noord-Brabant. 890.000 van de miljoen nieuwe woningen moeten in deze provincies worden gebouwd, maar volgens het EIB wordt dat bij lange na niet gehaald. Met de plannen die nu op tafel liggen, blijft het aantal nieuwe woningen steken op 585.000 tot 2030.
Waar gaan we een miljoen huizen bouwen en lukt dat in tien jaar tijd? Het @EIBnl nam alle bouwplannen in zeven provincies onder de loep en de conclusie is duidelijk: het woningtekort zal er niet mee worden opgelost. Het advies: zoek extra bouwlocaties buiten de steden. #Nieuwsuur pic.twitter.com/R0f20WGyuC
— Nieuwsuur (@Nieuwsuur) June 7, 2021
Het streven naar een miljoen nieuwe woningen voor 2030 wordt in de politiek breed gedeeld. De ambitie staat in de verkiezingsprogramma’s van D66, CDA, GroenLinks en PvdA. Het getal is opgebouwd uit twee factoren: het bijbenen van de demografische groei (600.000 nieuwe huishoudens in de zeven onderzochte provincies tot 2030 en zo’n 100.000 in de andere provincies) en het inlopen van het woningtekort van ruim 300.000 woningen.
In het rapport wijst het EIB groene gebieden aan waar in totaal 380.000 extra woningen zouden kunnen komen bovenop de bestaande plannen. In dit advies zijn geen beschermde natuurgebieden meegenomen, maar wel veel landbouwgrond. “Binnen steden zijn er veel obstakels, waardoor de bouw traag gaat”, zegt EIB-directeur Taco van Hoek. “Mede daarom moeten we echt meer in weilanden gaan ontwikkelen.”
Maar zonder een andere visie op landbouwgrond gaan die miljoen huizen er echt niet komen, aldus EIB-baas Van Hoek. “Als we niet in groene gebieden willen bouwen, moeten we minder bouwen. Dan blijft de schaarste.”
‘Een gemiddelde ontwikkeling duurt in Nederland 7 tot 10 jaar. Gemiddeld. In de groene gebieden is het duidelijk gemakkelijker om tempo te maken,’ zegt Martin Bosch.
Broodnodige woningbouw kost 1,5 procent van de landbouwgrond
Onverstandig, vindt voorzitter van de Land- en Tuinbouworganisatie Sjaak van der Tak. “Het kan toch niet zo zijn dat de landbouw nu de dupe wordt van trage bureaucratie?” Als alle voorgestelde plannen zouden doorgaan, kost dat 1,5 procent van de Nederlandse landbouwgrond. Dat lijkt misschien weinig, maar voor Van der Tak is het geen optie. “We hebben juist meer land nodig. Vruchtbare grond moet voor de landbouw zijn.”
‘Politiek moet kiezen’
Is het dan niet zonde om al dat groen te bebouwen? Van Hoek vindt van niet. Bebouwing in groene gebieden kan prima samengaan met de omgeving, stelt hij: laagbouw met veel groen, water en ruimte. “Zolang je vindt dat bouw altijd een aantasting van de ruimte is, ga je nooit nieuwe gebieden vinden.”
Aan de formatietafel kunnen de bouwambities nog een lastig dossier worden. VVD en CDA staan open voor meer bouw buiten stedelijke gebieden. D66, GroenLinks en de PvdA willen dat de focus op binnenstedelijke bouw blijft. “Maar men moet kiezen”, zegt EIB-directeur Van Hoek. “Als je groene ruimtes op deze manier blijft behandelen, dan komen die miljoen woningen er niet.”
Zie ook de NOS/Nieuwsuur-pagina.
‘Graag sluiten wij ons aan bij de Woningmakers Westfriesland,’ zegt Niels van Doorn van NW360 Vastgoedontwikkeling. ‘Het spreekwoordelijke gezegde ‘alleen ga je sneller, samen kom je verder’ is er niet voor niets. We staan als vastgoedpartijen voor een enorme opgave en zien de absolute meerwaarde van deze collectieve aanpak met overheden en marktpartijen.’
Woensdagmiddag 22 maart vond in de Oosterkerk van Hoorn het Symposium van de Woningmakers Westfriesland plaats. Ruim 80 deelnemers van zowel overheids- als marktzijde zagen inhoudelijk relevante presentaties en hielden dynamische discussies in een drietal workshops. De haalbaarheid van de stevige woningbouwopgave geformuleerd in de WoondealNHN stond deze middag centraal. Voorlopige conclusie: de deur naar buitenstedelijk bouwen aan de ‘rafelranden’ van stad of dorp lijkt bespreekbaar.
Voor wie aanwezig was bij het recente symposium van de Woningmakers Westfriesland in de Oosterkerk in Hoorn is het geen nieuws, maar voor wie dit symposium (helaas) aan zich voorbij moest laten gaan is het goed om te weten: óók de gemeente Koggenland is aangesloten bij de Woningmakers Westfriesland! Wethouder Rosalien van Dolder ziet duidelijk voordelen in de samenwerking tussen gemeente en markt.
De Woningmakers WFR stuurden afgelopen week een brief als adhesiebetuiging voor wat betreft de Woondeal NHN aan minister Hugo de Jonge, gedeputeerde en wethouders. De brief sluit gemotiveerd af met: ‘Alles overwegende willen wij de schouders vol onder de Woondeal NHN zetten om de huizen te bouwen. Voor al de mensen die nu een woning nodig hebben.’ Lees meer:
‘Sneller mee woningen bouwen is voor de gemeente echt topprioriteit geweest,’ vertelt Marjon van der Ven, wethouder Wonen en Stadsontwikkeling. ‘Samen met de Woningmakers Westfriesland hebben we alles op alles gezet om de woningproductie op te voeren en te versnellen.’ Wat zijn de plannen precies tot 2030?